Het leger van het koninkrijk
Jozua 23:12-13
Want zo gij enigszins afkeert, en het overige van deze volken aanhangt, van deze, die bij u overgebleven zijn, en u met hen verzwagert, en gij tot hen zult ingaan, en zij tot u;Weet voorzeker, dat de HEERE, uw God, niet door zal gaan deze volken voor uw aangezicht te verdrijven; maar zij zullen u tot een strik zijn, en tot een net, en tot een gesel aan uw zijden, en tot doornen in uw ogen, totdat gij omkomt van dit goede land, hetwelk u de HEERE, uw God, gegeven heeft.



Richteren 2:1-3
En een Engel des HEEREN kwam opwaarts van Gilgal tot Bochim, en Hij zeide: Ik heb u uit Egypte opgevoerd, en u gebracht in het land, dat Ik uw vaderen gezworen heb, en gezegd: Ik zal Mijn verbond met u niet verbreken in eeuwigheid. En u aangaande, gij zult geen verbond maken met de inwoners van dit land; hun altaren zult gij afbreken. Maar gij zijt Mijn stem niet gehoorzaam geweest; waarom hebt gij dit gedaan? Daarom heb Ik ook gezegd: Ik zal hen voor uw aangezicht niet uitdrijven; maar zij zullen u aan de zijden zijn, en hun goden zullen u tot een strik zijn.

Deuteronomium 31:3-6
De HEERE, uw God, Die zal voor uw aangezicht overgaan; Die zal deze volken voor uw aangezicht verdelgen, dat gij hen erfelijk bezit. Jozua zal voor uw aangezicht overgaan, gelijk als de HEERE gesproken heeft. En de HEERE zal hun doen, gelijk als Hij aan Sihon en Og, koningen van de Amorieten, en aan hun land, gedaan heeft, die Hij verdelgd heeft. Wanneer hen nu de HEERE voor uw aangezicht zal gegeven hebben, dan zult gij hun doen naar alle gebod, dat ik ulieden geboden heb. Weest sterk en hebt goeden moed, en vreest niet, en verschrikt niet voor hun aangezicht; want het is de HEERE, uw God, Die met u gaat; Hij zal u niet begeven, noch u verlaten.